Bomen en rechtspraak

Buurtbemiddeling
Veel conflicten met buren zijn op te lossen door inschakeling van een neutrale derde partij: buurtbemiddeling. Het is in ieder geval de moeite waard om, voordat u naar de rechter stapt, deze mogelijkheid te proberen. Bovendien is een gang naar de rechter vaak kostbaar. Buurtbemiddeling is gratis.
70% van de Nederlandse gemeenten biedt buurtbemiddeling aan. Het loont dus de moeite om te onderzoeken of buurtbemiddeling in uw gemeente beschikbaar is.
Buurtbemiddeling helpt mensen om burenruzies op te lossen. Getrainde vrijwilligers, de buurtbemiddelaars, luisteren naar het verhaal van beide partijen. Ze geven geen oordeel en zijn neutraal. Het is de bedoeling dat de ruziënde partijen onder begeleiding van bemiddelaars zelf samen hun conflict oplossen. Bij elk conflict is het beter dat de partijen zelf hun probleem oplossen dan dat een andere partij de oplossing oplegt. Zo is de kans kleiner dat een probleem zich weer voordoet. Uiteraard hebben de bemiddelaars een geheimhoudingsplicht. Wel wordt van u verwacht dat u nadenkt over een acceptabele oplossing voor iedere partij en hier ook aan meewerkt.
Bijna alle ergernissen lenen zich voor buurtbemiddeling.
U kunt denken aan conflicten tussen buren of wijkbewoners over bijvoorbeeld:
- geluidsoverlast
- rommel, vuilnis of stank
- erfafscheidingen, overhangende struiken en bomen
- overlast van kinderen en huisdieren
- pesterijen en vernielingen
- parkeeroverlast.
Niet geschikt voor bemiddeling zijn in ieder geval: conflicten tussen familieleden en problemen met instanties. Ook wanneer de conflicten het gevolg zijn van verslaving of criminaliteit kan er niet bemiddeld worden. We kunnen u wel doorverwijzen naar de juiste instantie.
Kijk voor meer informatie op deze website.
Relevante rechtsartikelen
- Verbod op hinder artikel 5:37 BW
- Verbod op bomen, hagen en heggen in erfgrenszone artikel 5:42 BW
- Snoeirecht van overhangende takken artikel 5:44 lid 1 BW
- Wortelkaprecht artikel 5:44 lid 2 BW
- Eigendom vruchten van buren artikel 5:45 B.W.
- Aansprakelijkheidsstelling voor schade door bomen artikel 6:162 BW
BW 5:37
De eigenaar van een erf mag niet in een mate of op een wijze die volgens artikel 162 van Boek 6 onrechtmatig is, aan eigenaars van andere erven hinder toebrengen zoals door het verspreiden van rumoer, trillingen, stank, rook of gassen, door het onthouden van licht of lucht of door het ontnemen van steun.
BW 5:42
Het is niet geoorloofd binnen de in lid 2 bepaalde afstand van de grenslijn van eens anders erf bomen, heesters of heggen te hebben, tenzij de eigenaar daartoe toestemming heeft gegeven of dat erf een openbare weg of een openbaar water is.
De in lid 1 bedoelde afstand bedraagt voor bomen twee meter te rekenen vanaf het midden van de voet van de boom en voor de heesters en heggen een halve meter, tenzij ingevolge een verordening of een plaatselijke gewoonte een kleinere afstand is toegelaten.
De nabuur kan zich niet verzetten tegen de aanwezigheid van bomen, heesters of heggen die niet hoger reiken dan de scheidsmuur tussen de erven.
Ter zake van een volgens dit artikel ongeoorloofde toestand is slechts vergoeding verschuldigd van de schade, ontstaan na het tijdstip waartegen tot opheffing van die toestand is aangemaand.
BW 5:43
Onder muur wordt in deze en de volgende titel verstaan iedere van steen, hout of andere daartoe geschikte stof vervaardigde, ondoorzichtige afsluiting.
BW 5:44
Indien een nabuur wiens beplantingen over eens anders erf heenhangen, ondanks aanmaning van de eigenaar van dit erf, nalaat het overhangende te verwijderen, kan laatstgenoemde eigenaar eigenmachtig het overhangende wegsnijden en zich toeëigenen.
Degene op wiens erf wortels van een ander erf doorschieten, mag deze voor zover ze doorgeschoten zijn weghakken en zich toeëigenen.
BW 5:45
Vruchten die van de bomen van een erf op een naburig erf vallen, behoren aan hem wie de vruchten van dit laatste erf toekomen.
BW 6:162
- Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden.
- Als onrechtmatige daad worden aangemerkt een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.
- Een onrechtmatige daad kan aan de dader worden toegerekend, indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.
Boomzorg is geen wettelijk vastgestelde plicht, maar valt onder “hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt”. Nergens in de wet staat een plicht voor de eigenaar om zijn of haar bomen goed te verzorgen.
Aansprakelijkstelling voor schade door bomen is wel mogelijk als een eigenaar of beheerder niet voldoende controle en onderhoud heeft uitgevoerd. Heeft hij dit wel gedaan door gericht en systematisch de boom te (laten) controleren en tijdige en voldoende onderhoud uit te voeren dan heeft hij “voldoende zorg” besteedt aan de boom. De eigenaar/beheerder is dan niet aansprakelijk voor de schade. Heeft een eigenaar niet voldaan aan het besteden van “voldoende zorg” dan zijn er nog een aantal criteria waaraan voldaan moet worden om een schade vergoed te krijgen.
De vijf criteria voor “onrechtmatige daad”:
- De onrechtmatige daad zoals omschreven in bovenstaand artikel 6:162 BW
- De onrechtmatige daad is toerekenbaar aan de dader
- Schade
- Causaal verband tussen de onrechtmatige daad en de schade
- Relativiteit. Hebben daad en schade wettelijk met elkaar te maken. Als een bepaalde wet wordt overtreden, kan er alleen een schadevergoeding zijn voor hetgeen waar deze wet tegen beschermt.
In de rechtspraak is een urgentieklassificatie van boomzorg ontstaan:
- Algemene zorg. Regelmatige controle (bijvoorbeeld VTA of IBA). Bijvoorbeeld eens per drie of vier jaar, afhankelijk van de specifieke boom en situatie.
- Verhoogde zorg. Als er een verhoogde gevaarzetting is, bijvoorbeeld bij bomen die langs een openbaar toegankelijk gebied staan of leefruimte staan is het advies om vaker te controleren, bijvoorbeeld eens per jaar, afhankelijk van de specifieke boom en situatie.
- Nader onderzoek. Als er duidelijke gebreken waarneembaar zijn of er kennis is van een risico, bijvoorbeeld bij een heersende boomziekte. Nader onderzoek kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd met instrumenten zoals een geluidstomograaf waarmee een tomogram gemaakt kan worden of een trekproef.
Afstand tot erfgrens
De minimale afstand van een boom tot de erfgrens wordt per gemeente bepaald. Standaard is 2 meter van het hart van de boomstam op grondniveau tot aan de erfgrens, maar de gemeente mag daar door verordening van afwijken. Deze en andere bepalingen omtrent bomen, zoals de maximaal vergunningvrije snoei, worden vastgelegt in de A.P.V (Algemene Plaatselijke Verordening) of “Bomenververordening” van de de gemeente. Gemeente Bloemendaal (Aerdenhout, Bennebroek, Overveen) heeft bijvoorbeeld de minimale afstand van boom tot erfgrens op 0 gesteld. U mag hier dus naast de erfgrens planten. Als een boom op de erfgrens staat zijn beide buren eigenaar (mandelig) en verantwoordelijk.
Indien een boom niet ouder is dan 20 jaar en dichter op de erfgrens staat dan door de gemeente in de A.P.V. of “Bomenverordening” is voorgeschreven dan kan worden gevorderd de boom (binnen een redelijke termijn, afhankelijke van de grootte van de boom) te verwijderen of verder van de erfgrens te plaatsen. Dit moet per aangetekende brief aan de buren.
Als de boom niet boven een scheidsmuur, hek of andere erfafscheiding uitkomt, kan geen verwijdering gevorderd worden.
Hinder door bomen
Overlast door vallende bladeren of vruchten of het wegnemen van enig zonlicht zijn op zichzelf geen redenen om de kap van een boom van de buren te kunnen vorderen (vorderingsrecht). Tenzij een combinatie van redenen maatschappelijk onbetamelijke overlast veroorzaakt. De boom die een groot maatschappelijk probleem vormt of erg veel overlast veroorzaakt en redelijkerwijs niet geschikt is voor de groeiplaats kan voor kap in aanmerking komen.
Artikel 5.37 Burgerlijk Wetboek
Artikel 5:37 BW bepaalt dat een eigenaar van een erf geen onrechtmatige hinder mag toebrengen aan eigenaren van andere erven zoals door het onthouden van licht en lucht of het verspreiden van rumoer of stank. Het betreft een niet-limitatieve opsomming; er zijn andere vormen van hinder denkbaar.
Volgens het burgerlijk wetboek is niet elke hinder onrechtmatig.
Buren hebben nu eenmaal het nodige ongemak van elkaar te dulden. Hinder wordt pas onrechtmatig wanneer daardoor de grenzen van hetgeen maatschappelijk nog betamelijk is worden overschreden (art. 5.37 BW)
De jurisprudentie geeft aan dat hinder als onrechtmatig kan worden bestempeld, indien er sprake is van zwaarwegende en buitenproportionele hinder. Hierbij is van belang de aard, de duur en de ernst van de overlast alsmede de plaatselijke omstandigheden. Lichte schaduw, bladval en vallende kastanjes worden over het algemeen niet als onrechtmatig beschouwd en zullen dan ook geduld moeten worden.
Licht wegname
Uit jurisprudentie blijkt dat de aanwezigheid van bomen die een deel van de dag de zonlicht uit een tuin
wegnemen niet onrechtmatig is. Dit behoort tot het nodige ongemak dat buren van elkaar hebben te dulden. Alleen wanneer de boom(en) gedurende de gehele dag de zon wegnemen uit een tuin of een hoofdverblijf in een huis (woonkamer) is er een gegronde reden om de boom(en) te kappen.
Bladval
Uit de jurisprudentie blijkt dat bladval op zichzelf niet als onrechtmatige hinder wordt
aangemerkt. Dergelijke overlast moet men voor lief nemen.
Luis (lekken)
Het lekken van bomen wordt veroorzaakt door bladluis. De luis scheidt een kleverige substantie
(honingdauw) af. Alles onder de bomen (auto’s, tuinstoelen etc) wordt vies.
Het lekken vindt plaats tijdens en na de bloei gedurende de zomermaanden. Het lekken is erger bij erg
warm weer en hoge luchtvochtigheid. Bij daling van de temperatuur of na een regenbui neemt de
overlast snel af.
Hoewel de meeste klachten over het lekken betrekking hebben op (lekgevoelige) lindes, kennen ook
andere soorten dit ongemak (b.v. esdoorn en haagbeuk).
Lekgevoelige bomen worden tegenwoordig (als het goed is) alleen in brede groenstroken aangeplant en niet meer bij parkeerplaatsen.
Het is gebleken dat honingdauw (= suikeroplossing) niet schadelijk is voor b.v. autolak. Zeker niet als men de auto regelmatig schoon maakt. De honingdauw is – wanneer deze niet te lang op auto’s zit – goed te verwijderen met warm water en zeep.
In hoeverre de roetdauwschimmel die in de honingdauw gedijt schadelijk is voor autolak is niet bekend.
Het is raadzaam de roetdauw ook z.s.m. te verwijderen om evt. schade tot een minimum te beperkten.
Schade aan planten c.q. het doodgaan van planten onder lekkende lindebomenis niet het gevolg van honingdauw maar van andere factoren.
Bij ernstige overlast wordt door steeds meer gemeenten een kapvergunning afgegeven voor “lekkende” bomen, soms met herplantplicht.
Combinatie van hinderlijkheden:
Schaduw, luis en boomwortels kunnen soms, onder bepaalde omstandigheden, een argument zijn voor het kappen van bomen.
Vruchten, bloei, blad, dood hout, stuifmeel en overhangende takken worden afzonderlijk niet als argument aangemerkt om bomen te kappen. Een combinatie van vormen van overlast kan wel aanleiding zijn tot afgeven van een kapvergunning.
Overhangende takken

Artikel 5:44 BW:
1 . Indien een nabuur wiens beplantingen over eens anders erf heenhangen, ondanks aanmaning van de eigenaar van dit erf, nalaat het overhangende te verwijderen, kan laatstgenoemde eigenaar eigenmachtig het overhangende wegsnijden en zich toeëigenen.
Bovenstaande wel onder voorwaarde dat dit op een verantwoorde en deskundige wijze gebeurt.
Burgerlijk Wetboek, Boek 3, Titel 1, Afdeling 1, Artikel 13:
Buren moeten het snoeirecht in redelijkheid gebruiken. Het recht is bedoeld om enkele takken of wortels te verwijderen. Het voortbestaan van de boom mag daardoor niet in gevaar komen. De boom mag door ondeskundige snoei ook geen gevaar gaan opleveren, zoals een risico op omwaaien. De buur die door ondeskundige snoei of wortelkap het voortbestaan van een boom in gevaar brengt is daardoor aansprakelijk voor schade. Die schade kan worden vastgesteld door de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen.
De door u gesnoeide takken worden na het snoeien uw eigendom. U mag ze dus niet bij de buren in de tuin deponeren.
Wortelkaprecht

Artikel 5:44 BW:
2. Degene op wiens erf wortels van een ander erf doorschieten, mag deze voor zover ze doorgeschoten zijn weghakken en zich toeëigenen.
Het wortelkaprecht van artikel 5:44 lid 2 BW geeft het recht wortels weg te nemen die een perceel binnen groeien. Het kappen van wortels mag – anders dan bij het snoeirecht- zonder voorafgaande toestemming of overleg met de buren. Maar……
Ook bij het wortelkaprecht geldt; er mag geen misbruik van dat recht worden gemaakt. En dat misbruik kan snel aan de orde zijn. Een boomeigenaar die alle op zijn percelen aanwezige wortels van de buurboom kapt, kan bij storm bovendien in de problemen komen. Waait de boom om en kan worden aangetoond dat het kappen van wortels hieraan heeft bijgedragen, dan zal er schadevergoeding betaald moeten worden.
Wortelkap en takkensnoei dient dus zorgvuldig en deskundig te worden gedaan, zodat de boom gezond- en de omgeving veilig blijft.
Vruchten van de boom van de buren in uw tuin
Vruchten, zoals appels, peren, pruimen en perzikken, van bomen van buren die in uw tuin vallen worden uw eigendom.
Waarde van bomen
Bomen zijn soms (veel) geld waard. Als een boom illegaal gekapt of vernielt wordt, dan speelt die waarde een rol voor het opleggen van een boete door de gemeente.
De waarde van een boom kan worden bepaald door Registertaxateurs-VRT, die ook zijn aangesloten bij N.V.T.B. (Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen).
De schade is de berekening van het bedrag dat nodig is om de boom “in oude staat te herstellen”. Jurisprudentie geeft aan dat hiervoor een “abstracte” methode gebruikt mag worden.
Jurisprudentie:
Afstand tot erfgrens te klein, toch weigering kapvergunning
Gemeente: Zeist.
In sommige gemeenten is het nodig een kapvergunning (omgevingsvergunning kappen) aan te vragen voor het kappen van een boom.
Uw buur kan op basis van het burenrecht vorderen een boom te kappen die te dicht op de erfgrens staat, als dit niet verjaard is (20 jaar) en de boom hoger dan de tuinafscheiding is.
Maar wat als u daarvoor een kapvergunning aanvraagt, maar de gemeente weigert die kapvergunning?
“Tot grote verbazing van beide buren weigert het college van de gemeente Zeist de vergunning te verlenen. De gemeente overweegt daarbij, verwijzend naar artikel 5 van de Bomenverordening, dat het belang van de aanvrager bij de kap van de boom niet opweegt tegen het belang van het behoud van de boom. De boom is gezond en beeldbepalend en de overlast is gering; aldus de gemeente.”
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State was het echter niet met de gemeente eens.
De gemeente mag in een dergelijk geval geen afweging van belangen maken.
Het vorderingsrecht van de buurman wordt namelijk gefrustreerd als de kapvergunning wordt geweigerd op grond van een belangenafweging.
De Afdeling bestuursrechtspraak concludeert dat artikel 5 van de Bomenverordening van de gemeente Zeist, op grond waarvan een kapvergunning uitsluitend kan worden verleend op basis van een belangenafweging, in dit geval buiten toepassing dient te blijven. De gevraagde vergunning had moeten worden verleend. Omdat aan een vergunning voorschriften kunnen worden verbonden, verleent de Afdeling de vergunning niet zelf: het college van de gemeente Zeist krijgt opdracht de vergunning alsnog te verlenen.
Nota bene:
In onderhavige zaak was de boom ouder dan 20 jaar, zodat het vorderingsrecht tot verwijdering door de buur verjaard is, maar omdat de eigenaar de boom ook wilde kappen, deed hij geen beroep op deze verjaring. De rechter mag dit beroep op verjaring niet ambtshalve instellen.
De uitspraak in deze zaak kunt u hier nalezen.
Instantie: Raad van State
Datum uitspraak: 16-08-2017
Datum publicatie: 16-08-2017
Zaaknummer: 201605815/1/A1
Aansprakelijkheid
Een interessante uitspraak ivm de zorg(plicht) voor bomen.
Was de eigenaar van het recreatiepark waarop de boom stond aansprakelijk te stellen voor het omwaaien in extreem weer van een grote populier aan de waterkant?
Deze omgewaaide populier komt terecht op een stacaravan op het recreatiepark. Vraag is of de eigenaar van het recreatiepark uit hoofde van wanprestatie cq onrechtmatige daad (nalaten van voldoende zorg) hiervoor aansprakelijk is jegens de eigenaar van de stacaravan.
De rechtbank Leeuwarden oordeelt dat de eigenaar van het recreatiepark niet aansprakelijk is. De eigenaar heeft aangetoond voldoende zorg te hebben besteed aan deze boom door een tweejarige controle door een boomdeskundige. Er kon zodoende geen voorafgaande kennis van het mogelijk omvallen (windworp) van deze grote populier aan de waterkant worden verondersteld. De eigenaar heeft dus goed voor zijn boom gezorgd.
Instantie: Rechtbank Leeuwarden
Datum uitspraak: 28-01-2009
Datum publicatie: 11-02-2009
Zaaknummer: 85889 / HA ZA 07-890
Rechtsgebieden: Civiel recht
U kunt de uitspraak hier nalezen.
Licht wegname
Geschil tussen twee buren over bomen en struiken die te dicht bij de perceelgrens staan en te hoog opgroeien waardoor licht wordt weggenomen.
De rechtbank is van oordeel dat Eisers geen belang hebben bij de verwijdering van de coniferen, laurierboom en heesters. Het belang van Eisers is voldoende beschermd door het snoeien en gesnoeid houden van de bomen en heesters tot twee meter, omdat de scheidsmuur waar zij achter staan ook twee meter hoog is.
Rechtbank bepaalt dat bomen en struiken die te dicht op de grens staan gesnoeid moeten worden tot de hoogte van de schutting die op de perceelgrens staat.
Instantie: Rechtbank Middelburg
Datum uitspraak: 08-02-2012
Datum publicatie: 21-09-2012:
Zaaknummer: 78200 / HA ZA 11-178
Rechtsgebieden: Civiel recht
Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg – enkelvoudig
Termen
A.V.P. = Algemene Plaatselijke Verordering
Gemeentelijke regelgeving waarin onder andere wordt bepaald of en wanneer een kapvergunning voor een boom moet worden aangevraagd, wat de minimale afstand voor bomen tot de erfgrens moet zijn, alsmede wat de maximaal vergunningvrije snoei per jaar mag zijn (in percentage van de kroonomvang).
Soms heeft de gemeente een aparte B.V.O (Bomenverordering).
Mandeligheid = gedeeld eigendom.
Als een boom of een erfafscheiding op de erfgrens staat zijn beide buren gezamenlijk eigenaar. Geen van beide buren mag in dat geval iets aan het eigendom (boom of heg) veranderen, zonder uitdrukkelijke (het beste is schriftelijke) toestemming van de ander.
Tomograaf of geluidstomograaf

Meetinstrument om de gezondheid van de binnenkant van een boomstam mee te meten, zonder de boom te beschadigen. De geluidstomograaf maakt een afbeelding (tomogram) van de binnenkant van de boomstam waarop de dichtheid van het hout te zien is.

V.T.A en I.B.A = Visual Tree Assessment en Integrierte Baum Analyse
Boomonderzoeksmethoden, ontwikkeld voor boomveiligheidsonderzoek.
Deze methoden zijn verschillend en aanvullend.
Windworp = omvallen door windkracht